Het magische moment waar zoon Lev (9) zolang naar uit heeft gekeken, is aangebroken.
EIN-DE-LIJK één meter veertig én in de Efteling. De gouden combinatie, die ervoor zorgt dat wonderen waar worden. De vorige keer dat we hier waren, leek dit moment eeuwen ver weg. Toen was hij nog maar net één meter twintig en dus wel lang genoeg voor de achtbaan Joris en de Draak, maar helaas niet voor de Baas van alle Bazen:... 'DE BARON'. Vol bewondering en een tikje jaloers keek hij toen naar alle (wat langere) helden, die wél in de Baron mochten. Het geweld waarmee ze verticaal de diepte in werden gestort om er vervolgens weer lachend uit te komen… dát wilde hij ook meemaken. Maar helaas. Al had Lev het lef van een man van 2 meter, hij was nog geen één meter veertig, dus de Baron was voor hem onbereikbaar. Maar wat ging het snel deze zomer. Broeken die eerst nog ‘oversized’ waren, kregen ineens hoog water en bij terugkomst op school stak hij plots een klein stukje uit boven vrienden die voor de vakantie nog even groot waren als hij. Regelmatig checkte hij bij de meetlat of de Baron al binnen bereik kwam. En nu is het dan eindelijk zover! Eén meter veertig, nog steeds het lef van een man van 2 meter én in de Efteling. Het gaat gebeuren! Voor de zekerheid meten we hem nog even na bij de ingang en… ja hoor.. zijn hoofd stoot zelfs tegen het bolletje van de meetlat aan. Hij kan erin! Zijn jongere broertje Tim gaat samen met zijn vriendjes in het wiebelschip en Lev loopt samen met papa Jorg en mama Alice (ik) naar de wachtrij. ‘Ik voel echt kriebels in mijn buik, zoveel zin heb ik om erin te gaan!’ bevestigt hij wat we in zijn ogen al zien. Als we onze plekken mogen kiezen, kiest hij zonder aarzelen de voorste (engste!) rij. Dat we dan 20 minuten langer moeten wachten, maakt hem niets uit. Dit is zijn ‘eerste keer’ en hij wil dat die onvergetelijk wordt. Na 50 minuten kletsen, hangen, ‘steen-papier-schaar’ en FaceApp lol, is het eindelijk zover. We mogen naar binnen. Ineens voel ik zijn hand in de mijne. ‘Kom mam, we zijn er. Mag ik tussen jullie in?’ ‘Graag! zeg ik. 'Dan kun je mijn hand vast houden, want ik vind het best een beetje spannend.’ Hij lacht stoer en zegt: ‘Komt goed mam’. Samen stappen we in het zitje, Papa rechts, mama links en Lev ertussenin. Hij moet een flinke sprong maken om bij het stoeltje te kunnen, maar het lukt. De beugels gaan dicht en de attractiemedewerkster checkt of we veilig zitten. Lev heeft een glimlach van oor tot oor, geeft een bemoedigend kneepje in mijn hand en kijkt trots naar de attractiemedewerkster. Zij glimlacht en zegt: ‘Heb jij een bandje?’ ‘Nee, wat voor een bandje?’ antwoord Lev ‘Het bandje dat bewijst dat je één meter veertig bent’ ‘Nee, die heb ik niet, maar we hebben ons net gemeten en ik was zelfs al langer dan één meter veertig’, Antwoord Lev, die toch een beetje bezorgd begint te kijken. Ik stel hem gerust. We weten immers zeker dat hij lang genoeg is... toch? Voor de zekerheid willen ze hem toch nog even nameten. De beugels gaan weer los en Lev wordt meegenomen naar de meetlat die naast de attractie staat, terwijl de trein vol zit met wachtende mensen. Bij de meetlat aangekomen duwt de medewerkster zijn kuif wat omlaag en zet hem onder de lat. De schrik slaat om mijn hart. Er past een dunne hand tussen zijn hoofd en de lat. Hoe kan dat? Is deze lat hoger dan die buiten stond? Ik zie de schrik in de ogen van Lev als de attractiemedewerkster met haar hoofd ‘nee’ schudt. Lev, met het Lef van een man van twee meter, wordt ineens heel klein. Eenmaal bij ons aangekomen stroomt er een dikke traan over zijn wang. Mijn moederhart breekt. Wat een onverwachte teleurstelling. Meer dan een jaar (en 50 lange minuten in de rij) heeft hij hier naar uitgekeken… En op het moment supreme spat zijn droom als een zeepbel uit elkaar. Ik stap uit en geef Lev, die ondertussen in snikken is uitgebarsten, een hele dikke knuffel. Kom lieverd, het is niet anders… Samen lopen we naar de zijkant van de attractie, waar hij wordt opgevangen door een hele lieve attractiemedewerker. Deze geeft wat bemoedigende woorden en zijn Eftelingjas aan Lev. Hij mag samen met hem de controles doen en op het knopje duwen die de achtbaan in werking zet. Een andere medewerker geeft hem een aai over zijn bol én een VIP pasje waarmee we bij een andere attractie zonder in de rij te wachten naar binnen mogen. Met waterige ogen neemt Lev de troost in ontvangst en geeft hier en daar een beleefde glimlach terug. Terwijl mijn ogen naar hem kijken en mijn hart kraakt, komt de rest van mijn systeem in de ‘wonderfeeën’ stand. Ik zoek vol vuur naar mijn innerlijke toverstaf, waarmee ik deze teleurstelling kan omtoveren voor Lev. Alles in mij is in volle actie om de situatie te redden. Er moet toch een manier zijn?! En dan weet ik het! Achter in onze auto op de parkeerplaats, liggen zijn Nike Air Max schoenen. Deze geven hem zeker een dikke centimeter extra. Een tube gel kan ik ook vast wel vinden om zijn kuif nou iets meer omhoog te duwen. Als ik die twee dingen doe, dan halen we het! Ik ben vastberaden. Dit ga ik fixen voor hem! Vandaag zit hij in de Baron. Lev is ondertussen in een licht opstandige bui gekomen en zegt nukkig… ‘Mijn hele dag is verpest. Ik ga dus écht nergens meer in.’. Ik geef hem een knuffel en zeg dat ik zijn teleurstelling begrijp, maar dat dat niet hoeft te betekenen dat de hele dag verpest is. Stiekem denk ik erachteraan:‘Want ik ga zorgen dat hij weer omgetoverd wordt tot een topdag!’. Ineens begint het enorm hard te hagelen. Samen rennen we het dichtstbijzijnde restaurant binnen. Daar aangekomen ruiken de kroketten en frikandellen zo lekker dat we van de nood maar even een deugd maken en wat bestellen. Terwijl we zitten te eten, zie ik iets gebeuren bij Lev, die een beetje in zijn eigen wereldje is verzonken. Eerst een diepe zucht, iets later nog een snik, dan nog een diepe zucht… en dan kijkt hij me ineens heel wakker aan. ‘Ik vind het echt heel erg jammer’ zegt hij… en dan concluderend: ‘Maar het is niet anders, het is voor mijn eigen veiligheid’. Een paar minuten later zijn zijn ogen al wat minder waterig, zijn zuchten al wat minder diep en zijn nukken al wat minder nukkig. Zie ik dat nou goed? Heeft hij zelf een intern toverstafje gevonden, waarmee hij niet de situatie, maar zijn eigen blik op die situatie én zijn emoties aan het omtoveren is? Mijn voeten, die al in de renstand stonden om de lichaamsverlengende Nike Air Max’s op te halen, ontspannen. Mijn hand laat de autosleutel los. Is het nog wel nodig dat ik met mijn toverstafje ga zwaaien? Volgens mij niet. Trots kijk ik naar mijn zoon die nog net iets te klein is voor de Baron, maar al groot genoeg blijkt te zijn om zich helemaal op eigen kracht over een teleurstelling heen te zetten. WAUW! Als het niet was gaan hagelen, was ik nu vast op een Daphne Schippers tempo naar de auto aan het rennen voor zijn schoenen. En had ik hem niet de kans gegeven zelf de situatie accepteren, de regels te respecteren, en zijn humeur te transformeren. 3 MEGA stappen, die hij in een paar minuten heeft gezet… en dat zonder z’n Nike air max-jes aan 😉. Wat een levensles. Niet alleen voor hem, maar ook voor mij. Lev is te groot geworden voor een mama die als een toverfee loopt te zwaaien met een ‘alles komt goed’ stafje. En misschien was hij daar al wel langer ‘te groot’ voor, maar kreeg hij nu de kans om dat te laten zien. Ik weet het niet. Wat ik wel weet, is dat zo’n middagje Efteling me meer heeft geleerd over het moederschap, leiderschap én mijn eigen zoon dan ik had kunnen vermoeden. En wat ik ook weet is dat ik heel blij ben dat Lev nog niet te groot is voor dikke knuffels van zijn moeder 😉. By the way… een groot compliment aan de Efteling medewerkers die zo lief omgingen met de teleurstelling voor onze nog-net-iets-te-kleine grote zoon. Volgend jaar zijn we er weer. wat dit blog te maken heeft met leiderschap? Ik ervaar dat ouderschap en leiderschap soms heel dicht bij elkaar liggen. Waarschijnlijk zijn er ook veel leiders die te snel met een 'toverstaf' zwaaien om situaties te fixen, terwijl de medewerkers dit zelf ook kunnen... als ze de kans maar krijgen. Laat je maar eens verrassen. Ik heb mezelf, mede dankzij Lev, voorgenomen dat in ieder geval wat vaker te doen.
0 Comments
Ons brein doet er alles aan om ons te beschermen. Een prachtig mechanisme. Tegelijkertijd is het juist dát mechanisme dat ook overbeschermend kan worden en ons kan weghouden van geluk en succes. Het resultaat? Gemiste kansen, uitstelgeluk en spijt. Het volgen van je dromen, succesvol en gelukkig zijn vraagt om moed, daadkracht, het maken van keuzes en het ondernemen van actie. Dingen die, vooral als ze je uit je comfortzone halen, je brein in de 'beschermmodus' zullen duwen met het tegengestelde effect. Als je weet hoe je dit kunt doorbreken, wordt jouw leven ook echt JOUW LEVEN. Hoe? Zo: 5) Voel en visualiseer je droom en verlangen vanuit je hart en ziel 4) Formuleer je doel en de concrete stappen die nodig zijn om je doel te bereiken 3) Voel de stap die je NU kunt zetten om je doel dichterbij te brengen 2) Tel af: 5, 4, 3, 2, 1 1) DOE HET Dit kun je tientallen keren per dag herhalen. Bij iedere kleine stap, iedere nieuwe gewoonte of iedere keer als je vanuit je hart wilt spreken... Het aftellen is dé manier om je overbeschermende brein te slim af te zijn en uit je patronen te breken en om dáár te komen waar je wilt zijn en te worden wie je wilt zijn. Voel je de vlinders al in je buik? Bekijk hier de inspirerende video met Mel Robbins, de auteur van de auteur van 'the 5 second rule': Giles Baths, Cooge Bay, Australië – 7 februari 1998 Daar staat ze dan… in haar gloednieuwe aqua blauwe bikini bovenop de rotsen van Giles Bath in Coogee Bay. De warme Australische zon brandt op haar nog witte Hollandse huid. Het was even flink klauteren geweest, maar dit was het zeker waard. Wat een uitzicht! Vergeleken bij de machtige Grote Oceaan voor haar, voelt ze zich klein en nietig. Een heerlijk en bevrijdend gevoel, beseft ze tot haar eigen verbazing. Vlak onder haar slaan de golven in een onbekend maar vertrouwd ritme kapot tegen de rotsen. Na iedere klap spuit er een fontein van glinsterende druppels omhoog. Door de druppels ontstaan prachtige regenbogen, zo dichtbij dat ze ze vast kan pakken. Alice is onder de indruk van deze spetterende en kleurrijke show van moeder natuur en eigenlijk ook wel een beetje van zichzelf. Is ze echt hier? Heeft ze het gewoon gedaan? Ze knijpt zichzelf in haar arm en doet haar ogen nog iets verder open om zeker te weten dat ze niet droomt. Wie had dat gedacht? Alice… die op haar 15e brakend boven een Frans toilet hing omdat ze zo ziek was van heimwee naar Nederland. Of eigenlijk naar de discotheek thuis 'd'Aesculaap', waar ze geen zaterdagavond wilde missen. Alice… die op haar 18e voor het eerst met vrienden naar Tenerife vloog en zichzelf na die vlucht had beloofd om nooooooit meer in een vliegtuig te stappen. Behalve dan nog die ene vlucht om thuis te komen, waarin ze het bestierf van angst. Doodsangst. Stond diezelfde Alice, 4 jaar later, na een vlucht van 24 lange uren nu hier? Alleen, op een rots helemaal aan de andere kant van de wereld? Down Under?! Trots en nog wat onwennig kijkt ze om zich heen. Het lijkt wel alsof iedereen het heel normaal vindt dat ze hier staat. Niemand kijkt verbaasd of geschokt. Niemand kijkt überhaupt. Alsof ze niet beter weten dan dat zij één van die stoere globetrotters is die het gewoon aandurft om in haar eentje een jaar rond de wereld te gaan reizen. Ze besluit dat ze zich goed gaat inleven in het personage dat ze voor zichzelf gecreëerd lijkt te hebben. Alice… de avontuurlijke wereldreizigster. Op dat moment heeft ze nog geen idee hoeveel betekenis die woorden binnen een paar seconden krijgen. *** Wat is dit?! Denkt Alice terwijl haar hart samentrekt van schrik. Vanuit het niets grijpt een grote golf met ijskoud water haar warme lichaam. Met een keiharde klap wordt ze op de rots onder zich gesmeten. Het water trekt haar in de spleet naast de rots waarop ze stond. Met haar armen en benen probeert ze zich vast te grijpen... Nee! Niet naar beneden, niet daar naartoe! De vlijmscherpe schelpen, waar de rotsen mee bedekt zijn, snijden haar vingers venijnig open. AU! Ze kan zichzelf niet tegenhouden. Het water en de rosten zijn oppermachtig. Ze maakt geen schijn van kans. Er komt een golf van zelfspot komt over haar heen: "Zie mij nou hier. Nog geen twee seconden geleden voelde ik me ‘on top of the world'... En nu dit!? Wat genant!" De schaamte duwt een ongemakkelijke lach naar boven. Maar het lachen vergaat haar snel als ze met de volgende klap van het water voelt dat dit bloedserieus is. Ze hapt en snakt naar adem, maar in plaats van lucht krijgt ze een grote slok zeewater binnen. Haar lijf schokt en ze voelt hoe haar buik en keel het water kokhalzend weer naar buiten proberen te werken. Haar lichaam wordt afwisselend meegezogen om vervolgens weer omhooggeduwd te worden. Alsof ze wordt opgeslokt en uitgekotst door de rotsen die haar enkele seconden geleden nog droegen. Nu heeft ze geen idee meer wat boven en onder is. "Waar moet ik naartoe?!" schreeuwt ze in haar hoofd en in haar hart.. “In Godsnaam! Ik moet toch adem kunnen halen?" De scherpe rotsen snijden nu ook haar armen en benen open. Het briesende water verandert in een bloedrode kolkende massa. Ze wordt dieper en dieper meegezogen en het water blijft meedogenloos op haar inbeuken. De ruimte tussen de rotsen wordt kleiner en de druk op haar lijf groter. Haar heupen, schouders, ribben… haar hele lijf wordt als een stuk schroot in elkaar geduwd. Haar hoofd draait overuren. "Wat gebeurt er met me? Wat moet ik doen, in hemelsnaam!?" Ze gebruikt al haar kracht om zichzelf los te wrikken, maar tevergeefs. "Nee, dit mag niet gebeuren. Niet klem hier. Geef me lucht… NU!" eist ze, smeekt ze... bidt ze. Terwijl het voelt alsof haar longen langzaam vacuüm gezogen worden, hoort ze plotseling een hoge piep in haar oren, gevolgd door een tik. En dan is het stil. Doodstil. *** De verzengende chaos in en om haar hoofd verdampt. Zelfs de herinnering eraan lost op in het niets en maakt plaats voor stilte. Een beschermde bal van licht ontstaat rond haar hoofd. Vol met serene rust en licht. Zoveel helder licht, dat ze het niet alleen ziet, maar ook voelt. Het licht is nu overal om haar heen en doordrenkt iedere cel. Totdat er alleen maar licht over is. Allesomvattend en allesdoordringend licht. Zuiver, warm, veilig, gewichtloos, puur, zacht en liefdevol licht. Ja, liefdevol! Oneindig liefdevol. En dan gebeurt er iets bijzonders. Het voelt alsof er ruimte wordt gemaakt in haar. Alsof alles dat nog actief aan het overleven en vechten was, de ogen neerslaat, het hoofd buigt, een stap naar achteren doet en vol eerbied knielt. In die witte ruimte vol licht en eerbied, hoort ze een zachte heldere stem. De stem doordringt haar hele wezen. “Ontspan en geef je over. Laat je meenemen door de stroom van het water, de weg van de minste weerstand." Al voordat ze bewust een handeling kan verrichten, voelt ze dat ze zich heeft overgegeven. Meer dan ze zich ooit heeft overgegeven. Kalm en vol vertrouwen. Omarmd door stilte, warmte, liefde, licht en lucht. Lucht. Lucht? LUCHT! Haar longen zuigen zich vol met lucht. Lucht?! LEVEN! Haar ogen gaan wijd open en maken contact. Opnieuw zuigen haar longen zich vol. Ze voelt meer lucht en leven dan ze ooit heeft gevoeld! Haar lijf, hart en ziel stromen vol met lucht, liefde en leven. Het stroomt, blijft stromen en overstroomt haar hele wezen. Hete tranen rollen over haar wangen. Zonder geluid te maken jubelt ze van intens geluk. LUCHT! LEVEN! *** Terwijl ze zichzelf naar een veilige plek probeert te bewegen, weg van de rosten en weg van de onverbiddelijke golven, zoeken haar ogen door de hete tranen naar de lange, asblonde jongen die haar zojuist heeft gered. Hij zag er heel ‘eigen’ uit. ‘Waarschijnlijk ook een Nederlander’ concludeert Alice. Zijn ogen zijn nog op haar netvlies gebrand en ze voelt de afdruk van zijn hand nog op haar bovenarm. De plek waar hij haar vastgreep en haar in één beweging omhoog trok. Terwijl haar lichaam zoekt naar een veilige plek, blijven haar ogen zoeken. Ze vraagt zich af hoe hij bij haar heeft kunnen komen? Hoe dat mogelijk was, op die rotsen, terwijl de golven zo tekeergingen? Waar ze ook kijkt, op de rotsen, het strand, het water… Hij is nergens te bekennen. Veel tijd om erover na te denken krijgt ze niet. Er hebben zich ondertussen tientallen mensen om haar heen verzameld in de lagune waar ze haar veiligheid heeft teruggevonden. Ze kijken haar geschokt aan. ‘Waarom?!’ Denkt Alice, ‘Ik ben toch gered?! Ze hoeft niet lang te wachten voordat ze het antwoord krijgt op die vraag. Als ze naar beneden kijkt ziet ze het rode vocht langs haar gewonde lijf stromen. Van haar nieuwe bikini is weinig meer over, ze schrikt hoeveel er van haar naakte lichaam te zien is, terwijl er zoveel ogen op haar gericht zijn. Met haar armen en handen probeert ze haar lichaam te bedekken. Ze wordt uit het water geholpen, door een paar onbekende helpende handen. Ondersteund gaat ze op weg naar de ‘first aid’ post iets verderop, nog steeds krampachtig haar intieme lichaamsdelen bedekkend. Met al die ogen op haar gericht voelt ze zich naakt en kwetsbaar. Haar gedachten schieten nog één keer naar die lange, tikje slungelige asblonde, jongen, met zijn indringende en geruststellende grijsblauwe ogen. Ze scant het strand, de lagune. Maar waar ze ook kijkt… het enige dat ze ziet is het spoor van helderrood bloed op het witte zand achter haar. En onbekende gezichten. Heel veel onbekende gezichten. Om haar heen vallen monden open en voelt ze de starende ogen landen op haar bebloede huid. Het lijkt wel alsof iedereen die haar aankijkt bevriest en zij zich als enige beweegt in een wereld die langzaam wordt stilgezet. Ze krijgt de neiging om al die bevroren blikken te smelten en iedereen wakker te schudden en te roepen. "Joehoeoeee, ik leef!! Mensen, niet zo ernstig allemaal. Ik haal adem! En hoe? Ik kan wel zingen van geluk. Ik leef!" "Thank God… I am alive! Alice Kroeze from the Netherlands is alive! As never before." De naakte kwetsbaarheid maakt plaats voor totale euforie. Ze wil nu het liefst zingen, juichen, dansen. Opnieuw voelt ze de hete tranen van geluk over haar wangen stromen. Ze is niet alleen gered, maar voelt zich ook bevrijd, verlicht… opnieuw geboren! Bij de eerste hulppost aangekomen, wordt ze direct opgevangen. Zorgvuldig worden haar wonden geïnspecteerd, schoongemaakt en verbonden. Meer dan een uur zijn ze met haar bezig. Haar ogen nemen het waar, maar het is alsof haar lijf geen contact kan maken met de pijn. Pijn die er zou moeten zijn als ze afgaat op dat wat ze ziet. Grote schaafwonden, waarvan er een aantal flink diep. Veel bloed en loshangend vel. Ze kan geen lichaamsdeel ontdekken dat niet gewond is. Van haar tenen tot haar benen, van haar heupen tot haar vingers, met doorkliefde nagels. Niets is ontzien. Of toch wel? De arts die haar helpt, kijkt haar verwonderd aan. "You must have had a lot of angels around you." zegt hij. Hij licht toe hoe bijzonder het is dat haar hele lijf gewond is, maar er geen enkele verwonding is te zien aan haar hoofd. "One hit on the head could have been fatal." zegt hij. "You are a very lucky girl to get a second chance like this.", voegt hij er nog aan toe.. Alice beaamt de mooie woorden van de arts, wat alleen nog maar extra voeding is voor haar euforische gevoel. Het is een wonder dat ze nog leeft! Een geschenk… En dat is het. Toch voelt ze zich ook wel een beetje dom, dat ze als naïef Nederlands meisje op de rotsen is gaan staan, zonder het gevaar ervan te beseffen. Nog niet eens twee dagen in Australië en nu al dit. Het is alsof hij haar gedachten kan lezen. "Please don’t do this again. Freakwaves can come up from nowhere. Be careful. The Australian ocean is not like the Dutch Sea. Only Australians with a deathwish go up there. All the others won’t, they know better." Ze bedankt hem voor het advies en slaat beschaamd haar ogen neer, die er daardoor opnieuw aan herinnerd worden hoe gehavend ze er eigenlijk uitziet. Ze vraagt aan de arts hoe het kan dat ze, ondanks al de verwondingen, niets voelt. Althans.. geen pijn. Hij legt uit dat de adrenaline het heeft overgenomen in haar lijf en dat ze vast nog wel even doorkan op deze ‘natural rush’. En dat is ook precies het verrassende doktersadvies dat ze krijgt als ze klaar zijn met het verbinden van haar wonden. Ze moet de komende uren wakker blijven, of, om precies te zijn, in ieder geval niet gaan liggen. Als ze gaat liggen, kan het verband zich gaan hechten aan haar wonden en omdat behalve haar hoofd, haar hele lijf gewond is en er bijna overal verband zit, is er geen kant waarop ze kan gaan liggen om te slapen. Ze krijgt pijnstillers mee en uiteraard het advies om er niet bij te drinken. Maar dansen, dat mag wel. Nou, dat hoeft hij maar één keer te zeggen… Want haar hele lichaam wil maar één ding en dat is dansen. Dansen met het leven. En dat is wat ze doet, tot de zon ondergaat en weer opkomt. |
AuthorAlice Kroeze Archives
January 2023
Categories |